De grens bereikt
5 oktober 2020 - Heemskerk, Nederland
Vanuit een grijs en nat Nederland met onweer maak ik m’n verhaal toch even af.
zondag 5 oktober
Uitzicht vanuit pension deze morgen
Een relaxte ochtend met de laatste 10 km te gaan tot de Spaanse grens.
In het dorp is 1 piepkleine bar open op zondagochtend. Het is er druk met mensen die in en uit lopen voor koffie en een borreltje er bij. Ze hebben alleen toast met zoute boter als ontbijt, dat is eigenlijk heel lekker.
In een rustig tempo wandelen we langs de zee. Het is weer een stralende dag zonder wind. Er zijn veel hardlopers en oudere mannen op racefietsen op pad, zoals overal op zondagochtend.
We worden staande gehouden door een enthousiaste Belg die toestemming vraagt wat foto’s te nemen. Hij zegt dat hij in Canada woont en daar met vrienden voor de Belgische radio en televisie een item aan het maken is om mensen warm te laten lopen voor de Camino maar Santiago. Bij het horen van Davids naam is hij geëmotioneerd omdat een van zijn beste vrienden ook zo heet.... ik weet niet zo goed wat te denken, hij ziet er een beetje shabby uit en ruikt ongewassen maar hij maakt een eerlijke indruk. Hij maakt een hele fotoreportage en belooft de foto’s te delen met ons. Bij het afscheid is hij alweer emotioneel.
David maakt onderweg vrienden met zijn gezang. De gene van de eerste dagen is verdwenenhij zingt nu gewoon door als we mensen passeren. Veel mensen lachen erom en van een mevrouw krijgt hij een spontaan applaus.
Na 5 km nemen we in het dorpje Moledo een tweede ontbijt. Het café is ook een surf shop en je kunt er leuke lokaal gemaakte hoodies kopen. Ik koop er een voor David die bijna jarig is.
Het pad is prachtig en in de verte doemt een berg op met de vorm van een vulkaan: de Monte Santa Trega in Spanje. We naderen de grens.
Het pad gaat verder door een bos en rond 1 uur lopen we Caminha binnen, aan de oever van de Minho rivier. Deze vormt de natuurlijke grens tussen Portugal en Spanje. Als we door zouden lopen zouden we hier een bootje moeten nemen naar de overkant.
Maar we blijven in Portugal en lopen verder langs de oever naar het centrum.
Caminha is een prachtig stadje. We lunchen op het centrale plein met groene wijn erbij. David geeft een frietje aan een duif en vrijwel meteen hebben we een tiental duiven als tafelgenoot. Ze gaan gewoon middenin de schaal met friet zitten en op Davids hamburger. De brutaalste moet ik een paar keer oppakken en wegzwiepen. Maar we zijn blijkbaar niet zo streng als de Portugezen want ze blijven terug komen.
Na de lunch lopen we naar het station en nemen de trein naar Porto. In ruim anderhalf uur leggen we de afstand af waar we op de heenweg een week over gedaan hebben. Grappig om alle plaatsjes weer te passeren in omgekeerde volgorde.
Op station Porto Campanha aangekomen moeten we nog drie kwartier met de metro. Eerst een kaartje kopen via een ingewikkeld systeem met oplaadbare kaarten en we verdwalen in het metro gangenstelsel. Een vriendelijke meneer zet ons op het goede spoor. Intussen hebben we alweer drie wc’s bezocht.
Het tempo van het in en uit de metro stappen is voor David een uitdaging, hij zit steeds bijna tussen de deuren. We zijn het ook niet meer gewend dat snelle leven.
Op het vliegveld beleven we nog een benauwd uurtje omdat David zijn telefoon in de bak bij security laat liggen. Hij komt er een half uur later achter.
We snellen terug tegen de stroom in, welke band hadden we ook alweer? Eindelijk lukt het de aandacht van een gestreste medewerker te trekken en ik vraag naar een gevonden telefoon. Hij kijkt me strak aan en steekt zijn hand in een zwart gat. Hij haalt er plastic zakje uit met daarin een telefoon. David moet hem ontgrendelen, een formulier moet ingevuld en we mogen gaan. Pfff wat een opluchting. Ik heb deze week zo op moeten letten dat dat ik nu met het einde in zicht een beetje dreig te verslappen.
Bij de gate ontmoeten we een vriendin die toevallig het weekend in Porto is geweest en we gaan gezellig met zijn drieën aan boord.
Het is volbracht, we hebben in een week 120 kilometer gelopen van Porto naar de Spaanse grens. In ons pelgrimspaspoort staan al aardig wat stempels. Ik ben heel trots op David die het lopen niet alleen goed volhield ondanks ontberingen maar er echt ook plezier in had.
Ik ben altijd blij als ik iets van de liefde voor de camino op iemand heb kunnen overbrengen .
Verder naar Santiago lopen we nog wel een keer. Als het weer kan.
Trots op jullie allebei
Mooie herinneringen en trip gemaakt
Je hebt mij wel warm gemaakt voor dit stukje van de wereld. Wie weet🤗🤗🤗